De weg naar liefde

Niets dan liefde, alleen maar liefde

De liefde is een duizelingwekkend groots geschenk.

Christus zelf was het die ons dit geschenk kwam brengen.

Liefde is de sterkste, de hoogste kracht van het universum.

Alleen zij is in staat het kwaad te weerstaan.

Alleen zij brengt genezing.

Alleen zij verbindt mensen met elkaar, hoe verschillend

zij ook zijn.

De natuur heeft zonlicht nodig om te kunnen groeien,

bloeien en vrucht te dragen. Onze ziel heeft liefde nodig

om te kunnen groeien, te bloeien en vrucht te dragen:

de vruchten van het geweten, van overgave en

vertrouwen, en van een innerlijk zeker weten.

Liefde is het vermogen je te verplaatsen in de ander en

te doorvoelen wat er leeft in zijn hart.

Liefde neemt de ander op in het eigen hart en koestert

vanbinnen zijn wezen.

De mens moet allereerst liefde voor zichzelf ontwikkelen.

Maar daarna krijgt hij de opgave liefde voor anderen te ontwikkelen. Zonder een gezond egoïsme dat uitgroeit

tot zelfbewustzijn, is de ontwikkeling van de oprechte

liefde voor anderen niet mogelijk.

Alleen wanneer ik de ander liefheb, leer ik hem kennen:

liefde is de deur die mij toegang geeft tot het wezen van

de ander.

Liefde laat mij de ware schoonheid van de ander zien

en maakt mij blind voor diens tekortkomingen.

Dat wil zeggen: liefde leert mij om me te richten op het

goede, en niet op het donker in de ander. Wie steeds

opnieuw anderen liefde geeft, wordt niet armer, maar

juist rijker. Want door te geven, wordt ons vermogen

om liefde te schenken, groter en sterker.

Daarom zei Jezus Christus: wie heeft, zal ontvangen.

Natuurlijk houd je van je geliefden, je dierbaren en je

vrienden. Dat spreekt vanzelf. Maar nu mag je leren die

liefde uit te breiden tot alle mensen, ook als ze je niet

liggen of jou gekwetst hebben. Dat gaat niet vanzelf.

Maar de vraag is: ben je bereid je deze hogere liefde

eigen te maken door de levenslessen die ons steeds

weer worden voorgelegd?

De hogere, ware liefde komt voort uit wijsheid: hoe

meer inzicht wij krijgen, in onszelf, de ander en het

leven, hoe sterker, veelomvattender en intenser onze

liefde wordt.

Liefde zonder wijsheid loopt het gevaar de ander meer

kwaad dan goed te doen: het is al snel een bezittelijke

liefde, een egoïstische liefde of een liefde die voortkomt

uit angst voor eenzaamheid. Iemand die altijd praat over

liefde kun je beter met een korrel zout nemen;

je moet niet praten over liefde, je moet haar leven.

Liefde kan alleen tot bloei komen in een sfeer van

oprechtheid en waarheid. Koester dus zorgvuldig de

waarheid, als je een liefdevol mens wilt worden.

De dood maakt geen einde aan de liefde: liefde is

eeuwig en blijft ons altijd verbinden met onze geliefden.

Ook als de een hier op aarde leeft, en de ander in de

geestelijke wereld.

Ware liefde sterft nooit!

Liefde verwerven en dus: liefde worden, is het doel

en de bestemming van ons aardse leven. Als we straks,

wanneer we sterven, terugkeren naar huis, gaan we de

wereld van het licht binnen. Dat licht is niets anders

dan liefde, alleen maar liefde.

De kosmische Christus die zich in de mens Jezus van

Nazareth heeft belichaamd en die nu vanuit de

etherische wereld aan steeds meer mensen verschijnt,

Hij is het hoogste Wezen van de liefde, ja,

Hij is de liefde zelf, alleen maar liefde.

Wie de Christus in zijn hart opneemt, neemt daarmee

de ware liefde in zich op. En omgekeerd: wie de hogere

liefde in zijn hart opneemt, neemt daarmee de

kosmische Christus in zich op.

Inleiding

We hebben in deze tijd, en in dit leven, de opdracht

gekregen om ons het allereerste begin van de hogere

liefde eigen te maken.

Plato noemde deze liefde Agapè.

Het is een liefde die, niet van de ziel, maar van de

geest in ons uitgaat, en die ons door Christus zelf werd

gebracht. Pas in volgende levens zal de verdere opbloei

van deze liefde volgen.

Allereerst een voorbeeld van deze liefde dat plaatsvond

in Noorwegen.

Een zesjarige jongen sloeg een vijfjarig meisje

bewusteloos en liet haar achter in de sneeuw.

Toen ze gevonden werd, was ze dood.

Het veroorzaakte een grote opschudding in het hele land.

Een journalist ging naar de moeder van het vermoorde

meisje en vroeg haar, wat ze van de jongen vond die haar

dochter had vermoord. De moeder antwoordde:

Ik voel een grenzeloos medelijden met deze jongen die

nu met deze schuld de rest van zijn leven verder moet.

Haar woorden maakten een diepe indruk op de

Noorwegers.

1. God is liefde

Liefde is de grootste, de sterkste levenskracht op aarde.

‘De liefde is voor de wereld, wat de zon voor het uiterlijke

leven is’ zei Rudolf Steiner. Ofwel: zonder liefde zou al het

leven op aarde sterven.

Bijna 2000 jaar geleden schreef Paulus het Hooglied van

de Liefde: zie 1 Korinthe 13 in het Nieuwe Testament.

Vers 13 van het Hooglied luidt: Geloof, hoop en liefde,

maar de meeste van deze is de liefde.

In vers 2 staat: Had ik de liefde niet, ik ware niets.

Johannes vertelt in de eerste Johannesbrief die in de

Bijbel staat, (4:16): God is liefde, en wie in Hem blijft,

blijft in God, en God blijft in hem. In dezelfde brief

vertelt hij ook: God is licht en in Hem is in het geheel

geen duisternis. (1:5)

Uit deze verzen wordt duidelijk dat God liefde is,

alleen maar liefde, en dat liefde niets anders is dan licht.

Wie de geestelijke wereld een beetje kent, weet dat dit

klopt: waar liefde is in de geestelijke wereld, is licht, en

waar geen liefde is, is het donker.

De liefde komt er namelijk niet van de zon, maar vanuit

het innerlijk van de wezens die daar leven: hebben zij

liefde, dan stralen zij licht uit.

Een bijzonder aspect van de liefde is dit: God heeft zijn

almacht gedeeld met Ahriman en is daarom niet almachtig.

Hij heeft zijn wijsheid gedeeld met Lucifer, en is daarom

niet alwijs. Zijn liefde heeft Hij gedeeld met alle mensen

en engelen. Maar daardoor is zijn liefdeskracht niet

minder geworden, maar juist groter en sterker.

Rudolf Steiner gebruikt een veelzeggend beeld,

het voorbeeld van twee glazen: het ene glas zit halfvol

water, het andere is leeg. Stel je nu voor dat als je water

zou schenken vanuit het halfvolle glas in het lege glas,

dat halfvolle glas steeds voller wordt, in plaats van steeds

leger. En dat, terwijl het lege glas eveneens vol raakt.

Dat is het mysterie van de liefde.

Dat is het ook wat Jezus Christus onder andere bedoelde

met de woorden: Want aan een ieder, die heeft, zal

gegeven worden, en hij zal overvloedig hebben.

Maar wie niet heeft, ook wat hij heeft zal hem ontnomen

worden. (Mattheüs 25:29)

2. Ons vermogen tot liefhebben

Liefde komt dus van God.

Maar hoe maken wij ons deze liefde eigen? Ofwel:

hoe ontwikkelen we het vermogen tot liefhebben?

Dat hebben we geleerd in de geestelijke wereld.

De impuls, ook wel de aandrang genoemd, om

ons liefdesvermogen tot ontwikkeling te brengen,

nemen we bij onze geboorte mee vanuit de

geestelijke wereld.

Hij komt voort uit de herinnering aan ons samenleven

met de engelen in het leven voor onze geboorte.

Want als we na onze dood opklimmen naar de hogere

geestelijke wereld; de Lichtwereld of het Devachan,

leven we daar samen met de hogere engelen.

We ervaren daar hun inspirerende aandacht voor de

andere engelen en voor ons.

We voelen hoe ze zich zonder woorden bewust

zijn van wat er in de ander, en dus ook in ons hart, leeft.

We ervaren er ook hoe de engelen de ander vol liefde

opnemen in hun eigen hart. Dat betekent dat we

mochten ervaren wat liefde echt betekent: dat we

leven in het hart van elkaar. Het betekent ook dat we

mochten ervaren hoe we door de engelen voortdurend

met liefde omhuld en gedragen werden.

Deze, letterlijk, indrukwekkende ervaringen nemen we

mee naar de aarde. Anders gezegd:

de onbewuste herinnering aan de liefde van de engelen

leeft vanaf onze geboorte in onze ziel en wordt daar tot

een impuls om ook op aarde die liefde tot werkelijkheid

te brengen. Zo wordt deze onbewuste herinnering tot

een aandrang om ons vermogen tot liefhebben tot

leven te brengen en te laten ontwaken.

Het afsterven van ons liefdesvermogen

Helaas zijn er ook mensen die na hun dood niet tot

de hogere geestelijke werelden opklimmen, maar in

de lagere geestelijke werelden, met name de lagere

astrale werelden, blijven. Dat komt doordat zij al

een aantal levens lang bij hun dood weinig of geen

liefdeskrachten meebrachten naar de geestelijke

wereld en evenmin een geestelijk inzicht hadden

ontwikkeld. Ze dachten bijvoorbeeld dat dood ook

echt dood is en dat er na de dood geen voortgaand

leven, in welke vorm dan ook, mogelijk is.

Maar wie keer op keer geen enkele liefde en geen

enkel inzicht meeneemt naar de geestelijke wereld,

straalt daar uiteindelijk nauwelijks nog licht uit.

Liefde is immers de keerzijde van licht: licht is liefde.

En dus straalt degene die geen liefde bezit,

nauwelijks nog licht uit.

Als je dan ook nog als vanzelf getrokken wordt naar

de sfeer van gelijkgezinden, kom je in een wereld

terecht waar weinig of geen licht te vinden is.

Maar als je dan vanuit deze donkere wereld weer

afdaalt naar de aarde, neem je geen herinnering

mee aan het samenleven met de engelen.

Dat kun je immers alleen in de hogere geestelijke

werelden ervaren. Maar het gevolg daarvan is dan

weer dat wie geen, onbewuste, herinnering aan het

samenleven met de engelen naar de aarde

meeneemt, in dit aardse leven dus ook niet over

de impuls of aandrang beschikt om het

liefdesvermogen tot ontwikkeling te brengen.

Wanneer dat een aantal levens achter elkaar gebeurt,

begint het vermogen tot liefhebben in onze ziel

langzaam te verschrompelen en af te sterven.

Daardoor worden we harde, bittere en

ongeïnteresseerde mensen.

Ik heb me vroeger vaak afgevraagd hoe het komt

dat de ene mens over zoveel liefdeskrachten beschikt

en een zegen voor zijn omgeving is, terwijl de ander

helemaal niet over liefde lijkt te beschikken en

daardoor tot een bron van pijn, verdriet en

teleurstelling voor zijn omgeving wordt.

Toen ik de hierboven beschreven inzichten op het

spoor kwam, begon het mij te dagen waardoor dit

komt. Daardoor werd het mij, opnieuw, duidelijk

hoe belangrijk dit aardse leven is: wat we hier doen,

en vooral: hoe we ons geestelijk ontwikkelen, heeft

grote gevolgen voor het leven na de dood en voor

het volgende leven.

3. Ons liefdesvermogen leeft in ons etherische lichaam

Ons liefdesvermogen maakt deel uit van de krachten

van ons etherische lichaam. Daarom kan dit lichaam

ook ons liefdeslichaam genoemd worden.

Als de liefdeskrachten ontwaken, ontwaakt daarmee

geleidelijk de liefde voor postzegels, seksualiteit, geld,

je werk, jezelf, je kinderen, anderen, enzovoort.

De tegenstander van liefde is egoïsme:

deze weerhoudt de liefde ervan uit te stromen en duwt

haar als het ware terug in het etherische lichaam.

De liefde ontwaakt in een mensenkind vanaf de

tandenwisseling tot aan de puberteit.

Het laatst ontwaken de seksuele krachten:

dan leert een kind de liefdeskrachten ook tot in

het lichaam te beleven. Seksualiteit is dus altijd

uitdrukking van de geestelijke liefde.

Waar zij wordt losgemaakt van deze geestelijke liefde,

wordt seksualiteit tot demonische liefde, dierlijk

en onmenselijk.

Tegenwoordig wordt deze gang van zaken vaak

andersom voorgesteld: alsof de liefde voortkomt

uit de seksualiteit. Denk aan Freud die zei dat

alles voortkomt uit het seksuele verlangen.

Overigens: liefde is ook de kracht die het etherische

lichaam van Christus opbouwt: onze liefdesdaden

vormen de bouwstof voor dit lichaam dat Christus

nodig heeft nu Hij in de etherische wereld is

afgedaald om aan ons te verschijnen en met ons

te leven. Bovendien is het belangrijk te weten dat

liefde de kracht is die ons etherische lichaam

omvormt tot een hoger niveau en het omvormt

tot Levensgeest of Boeddhi.

4. De drie vormen van liefde volgens Plato

Plato vertelt dat er drie vormen van liefde zijn:

1. Eros of erotiek. Eros is de Griekse god van de liefde.

Tot deze vorm van liefde behoren seksualiteit,

voortplanting, het hartstochtelijke verlangen naar de

ander en het verlangen om ook zelf bemind te worden.

Ook behoort tot Eros de passie voor schoonheid.

Het is verbonden met het fysieke en etherische lichaam.

2. Philia: is vriendschap. Deze liefde berust op wederzijds

respect en begrip, en op wederkerigheid. Aristoteles zegt

dat deze liefde alleen mogelijk is als de mens ook van

zichzelf houdt.

Philia is ook de essentie van het moderne netwerken.

Het is een platonische liefde die uitgaat naar het eigene of

de gelijkgestemden. In huwelijken en relaties vormt men

geleidelijk de seksuele liefde om tot Philia.

Zij is een liefde die verbonden is met de ziel.

3. Agapè is de onvoorwaardelijke liefde voor de ander.

Het is een liefde die niets terugverlangt en die niet alleen

uitgaat naar gelijkgezinden, maar naar alle mensen; dus

ook naar je vijanden.

Het is een liefde die uitgaat van de geest, en is de

hoogste vorm van liefde. Het voorbeeld waarmee ik begon

is dus Agapè-liefde, ofwel een liefde van de geest en

daarmee een onvoorwaardelijke liefde.

5. Inzicht en wijsheid zijn noodzakelijk

• Wijsheid is noodzakelijk voor echte liefde.

Dankzij de wijsheid leer je bijvoorbeeld inzien,

wanneer liefde een bezitterige liefde is.

• Liefde betekent geestelijk één worden met de ander.

Rudolf Steiner adviseerde eens gevangenispsychologen:

Vraag je bij elke ontmoeting met een gevangene af:

Hoe had mijn ontwikkeling moeten verlopen om mij

te laten eindigen als deze persoon? En waaraan heb

ik het te danken dat ik niet op het verkeerde pad ben

terechtgekomen?

• Er moet evenwicht zijn tussen liefde voor jezelf en

de wereld buiten jou; de ander, ofwel: je moet

zelfstandig zijn, zelfbewust, en zelfrespect hebben

om lief te kunnen hebben.

• Eerlijkheid naar jezelf is essentieel.

• Een kind geen grenzen stellen is geen liefde,

maar gemakzucht.

6. Het unieke van het Nieuwe Testament

In het Oude Testament vinden we verschillende

geweldteksten, net als in de Koran.

Zo staat er in Leviticus 24:16: Wie de naam des

Heren lastert, zal zeker ter dood gebracht worden.

En in 2 Kronieken 15:13: …en ieder die de Here,

de God van Israël, niet zou zoeken, moest ter dood

gebracht worden, zowel klein als groot, zowel man

als vrouw.

In de Koran staat in Soera 2:191: En dood hen,

waar gij hen ontmoet en drijf hen uit, vanwaar zij u

hebben uitgedreven… zo is de vergelding der

ongelovigen. En in Soera 5:33: Doch de vergelding

van hen die Allah en zijn boodschapper bestrijden is

dat zij ter dood gebracht moeten worden of dat hun

handen en voeten worden afgekapt van weerszijden

of dat zij uit het land verbannen worden.

De liefde die deze teksten weerspiegelen is Philia:

gericht op de eigen groep en gelijkgezinden.

In het Nieuwe Testament zien we hoe Jezus Christus

de stap maakt van Philia naar de hoogste vorm van

liefde, de Agapè-liefde. Daarom leerde Hij ons onze

vijanden lief te hebben.

7. Zelfrespect en zelfbewustzijn

Tegenwoordig wordt er vaak gesproken over zelfliefde:

Hebt uw naaste lief als uzelf. Zelf spreek ik liever over

een sfeer van zelfrespect en zelfbewustzijn die nodig is

om anderen lief te hebben in de zin van Agapè.

Alexandra Tompkins, leerlinge van Marieke de Vrij,

vertelt:

• Ik herken in mijzelf het kind dat met zijn magische

liefdeskracht die kinderen eigen is, het leed van de

volwassenen om zich heen probeerde op te lossen.

• Maar ik herken ook het kind in mij dat afgewezen,

ontkend en gekwetst werd.

• Ik zie nu hoe dat kind een beschermingslaag om

zijn gevoelsleven aanbracht ter bescherming en

zich verhardde.

• Ik zie ook hoe dat kind zich aangepast heeft om

er toch bij te mogen horen.

• Wat is er een liefde, een geduld en een onafgebroken

hard werken aan jezelf voor nodig om weer bij de kern

van jezelf te komen en de verharding af te breken.

• Met name in relaties speelt dit een grote rol:

De helende beweging in een relatie is dat ik mijn eigen

wond verzorg die wakker gekust werd door degene

die ik liefheb!

8. De stap naar de hogere liefde

Oorspronkelijk werd de mens geleid door de groepsziel.

Later, toen de groepsziel zich geleidelijk begon terug

te trekken, ontving de mens, omstreeks 2000 v. Chr.

wetten die hem leiding moesten geven.

Denk aan Mozes en Hammoerabi.

In deze tijd moeten we de stap leren zetten van de

uiterlijke wet naar ons geweten om voortaan van

daaruit de leiding te ontvangen die we in deze tijd

nodig hebben. Het geweten is nauw verbonden met

de liefde die we Agapè noemen.

De ontwikkeling van de Agapè-liefde, en daarmee

van ons geweten begint pas in deze tijd! Pas in de

volgende cultuurperiode (3573 na Chr. tot 5733 na

Chr.) zal Johannes ons als de grote leraar van de liefde

helpen om zowel de Agapè, als ons geweten tot een

hogere ontwikkeling te brengen.

9. Vier uitspraken van Rudolf Steiner

Wanneer we de wereld beter leren kennen en zelf

steeds meer in liefde leven, zullen we ook het duister

en het boze van de wereld steeds beter leren kennen.

Wat ik niet liefheb, kan zich niet aan mij openbaren.

Liefde die van wijsheid is vervuld, wijsheid die met

liefde is doordrongen, dat is het hoogste.

Strijd wordt niet door strijd overwonnen en haat niet

door haat. In werkelijkheid worden strijd en haat

alleen door liefde overwonnen.

10. De groei naar Agapè

Het is niet vanzelfsprekend om toe te groeien naar

Agapè, de hoogste liefde. Dat vergt harde arbeid:

aan jezelf.

Die verloopt, onder meer, via de volgende levenslessen:

1. Bevrijd je van het slachtofferschap.

2. Beoefen dankbaarheid voor het leven.

3. Een groei in vertrouwen is noodzakelijk.

4. Besef: niet morgen, maar nu!

5. Leer luisteren naar de innerlijke stem.

6. Heb aandacht voor een groei in wijsheid.

7. Dan zal ook je liefdeskracht sterker worden.

Hans Stolp