Soms kun je het aflezen aan een oud gezicht:
hoe de stormen en de pijnen van het leven
in het hart van deze mens rijpten tot wijsheid,
tot mededogen en tot een hogere vorm van liefde.
De vele lijnen en rimpels vertellen elk
een eigen verhaal over wat het leven deed.
Over de pijn van een verlies, over de innerlijke strijd
met de eigen angsten, de driften en onzekerheden.
Maar dit gezicht vertelt ook over de winst die
deze mens behaalde: hoe mededogen groeide,
hoe hij allengs meer begreep van het hart van
de anderen hem of haar daarom respecteren kon.
Wijsheid en liefde gaan op dit gezicht hand in
hand,de vrucht van een geleefd leven, van zoeken
en tasten naar inzicht, naar de eigen levensopdracht
en naar het begrijpen van het waarom.
Een winst die dit gezicht zo rijk, zo fascinerend
maakt: ik kan er eindeloos naar kijken, met vreugde
en met eerbied.
Verbittering, zo lees ik op dit gezicht, heeft uiteindelijk
geen kans gekregen, maar moest wijken voor
mededogen, warmte en begrip.
Zelfoverschatting was vervaagd en verdwenen
door de lessen van het leven.
Zo verloor eerst Ahriman, de macht van verharding,
zijn greep op deze mens.
En zo verloor ook Lucifer, de macht van overmoed
en alleen maar op jezelf gericht zijn, zijn greep
op hem. Maar waar zij wijken moesten,
werd de Geest zichtbaar op dit gezicht.
Kijkend naar dit gezicht begon ik allengs
nog iets diepers te zien: hoe Christus zelf
zichtbaar werd voor wie kan kijken met
de ogen van het hart.
Ik zag hoe Hij tot leven was gekomen
in het hart van deze mens, omdat hij, bewust of
onbewust, de weg van het midden gegaan was,
de weg van Christus die tussen Ahriman en
Lucifer door voert.
Zo zag ik hoe Christus zelf, dwars door de lijnen
en de rimpels heen, als een zacht, verwarmend
en genezend licht, oplichtte in dit gezicht.
Hans Stolp