De waterproef…
In de Bijbel wordt het verhaal verteld
over Jezus die over het water liep.*
De discipelen van Jezus varen in die nacht met
hun vissersboot naar de overkant van het meer
van Galilea. Plotseling zien ze in het donker een
gestalte over het water naar hen toekomen:
het is Jezus die naar hen toekomt.
De discipelen schrikken en denken dat het een
geestverschijning is. Maar dan zegt Jezus:
“Wees niet bang, ik ben het.”
Meteen ebt de angst van de leerlingen weg.
Dan vraagt Petrus aan Jezus of hij ook over het
water mag lopen en Jezus tegemoet mag gaan.
Jezus zegt: “Kom!” Direct stap Petrus over de
reling van de boot en zowaar, het water draagt
hem. Maar als hij naar het deinende zwarte water
onder zijn voeten kijkt, slaat de schrik hem ineens
om het hart. Op datzelfde moment zinkt hij weg
in het water: de golven dragen hem niet meer.
“Heer, red mij!” Maar dan steekt Jezus zijn hand
uit en helpt Petrus overeind.
En zie: het water begint hem weer te dragen.
Dit verhaal is het oerbeeld van de waterproef.
Als het donker is in ons leven toeslaat en er
beproevingen op onze weg komen, hebben wij
dikwijls het gevoel dat we de grond onder onze
voeten verliezen. Dan gaat het erom op de een
of andere manier koelbloedig en rustig te blijven
en onze zelfbeheersing te bewaren.
Dat kan alleen vanuit een innerlijk vertrouwen.
Dat vertrouwen is van belang, want als we in
paniek raken en de controle over onszelf
verliezen, gaan we aan de chaos ten onder.
Het bewaren van dat vertrouwen is alleen mogelijk,
als we er in slagen de innerlijke verbinding
te bewaren met ons hoger zelf en dus met Christus
die ons bijstaat als we door de beproevingen
heen gaan.
Christus is immers ons hoger zelf.
Hij zelf schonk ons dit hoger zelf en schonk ons
daarmee iets van zijn eigen wezen.
Daar gaat het dus om bij de waterproef:
om de strijd met de angst en de paniek in ons
aan te gaan en steeds weer kiezen voor de weg
van het vertrouwen.
En wie van ons kent die strijd niet?
Hans Stolp
*Mattheüs 14: 22-33