Het wonder van Pasen

Aan het kruis, in de volle openbaarheid, en toch

ongezien door de vele omstanders, voltrok zich

een groot wonder. Jezus Christus was stervende, 

Hij doorleed de diepste eenzaamheid die ooit

een mens doorleden heeft – en tegelijk vond

in stilte, ongezien, dat ongekende wonder plaats.

De allerlaatste lichaamscellen van Jezus Christus 

werden door de hoge energieën van de Christusgeest 

omgevormd en verchristelijkt. Het was daarom

dat Hij, stervend, sprak: Het is volbracht.

Drie jaar lang had dat proces van omvorming 

en verchristelijking geduurd: vanaf de Doop 

in de Jordaan tot de kruisiging op Golgotha.

Bij de Doop incarneerde de Christusgeest zich

in de mens Jezus van Nazareth. Toen begon deze

het lichaam en de ziel van Jezus om te vormen

en te verchristelijken, cel na cel. Net zolang, 

tot Hij, de Gekruisigde, de manifestatie 

van de Christus op aarde was geworden.

Na zijn dood werd zijn lichaam door zijn geliefden

van het kruis gehaald, intens liefdevol gewassen, 

verbonden en met kruiden behandeld. Toen werd

zijn lichaam neergelegd in het rotsgraf van zijn

vriend en ingewijde leerling Jozef van Arimathea.

En daar, in de stilte van het graf, voltrok zich het 

grootste der wonderen. Het dode lichaam viel uiteen

tot stof. Maar tegelijk werd uit de essentie die daarbij

vrijkwam, een nieuw lichaam opgebouwd: 

het opstandingslichaam dat én geest én materie is.

Dit nieuwe lichaam, door de dood heen ontstaan, het is 

het lichaam dat ieder mens ooit eens zal ontvangen,

als wij klaar zijn met onze lessen op aarde. Wij mogen

dat straks ontvangen, omdat Hij het als eerste realiseerde: 

want wat Hij zich door de dood heen verwierf, wordt 

mogelijk voor alle mensen. Dat is het ware Paaswonder!