Ons fysieke lichaam wordt, hoe langer we leven,
steeds ouder en verliest gaandeweg zijn energie,
lenigheid en uithoudingsvermogen.
Maar het bijzondere is, dat ons etherische lichaam
bij het ouder worden steeds jonger wordt.
Als mensen zeggen: ‘Ik word langzamerhand wel
wat ouder, maar ik voel me niet oud,’ komt dat
omdat ze zich meer vereenzelvigen met hun ziel
(en dus met het etherische lichaam), dan met het
fysieke lichaam.
De ouder wordende mens die dat niet weet en
denkt dat hij alleen maar bestaat uit een fysiek
lichaam, zal zich een gevangene gaan voelen
van de afbraak van zijn fysieke lichaam.
Dan beginnen depressies, teleurstelling en
somberheid zijn ziel binnen te trekken.
et is veelzeggend dat het aantal mensen dat kiest
voor zelfdoding (verhoudingsgewijs) het hoogst
in de groep van mannen boven de 75 jaar.
Maar hoe komt het dat ons etherische lichaam
steeds jonger wordt? Het etherische lichaam is
bij onze geboorte als het ware samengeperst tot
een klein pakketje. Bij het ouder worden vouwt
het zich langzaam open: het wordt tijdens ons
zevende levensjaar geboren en wordt dan pas actief.
Bij het ouder worden (na de midlifecrisis) verwijdt
het etherische lichaam zich geleidelijk en begint zich
op die manier steeds losser van het fysieke lichaam
te maken. Maar hoe meer zich het etherische
lichaam zich losser maakt van het fysieke lichaam,
hoe meer de eigen verjongende krachten ervan
vrijkomen. Die vrijkomende krachten geven ons het
gevoel dat we ondanks een haperend fysiek lichaam
toch niet oud zijn.
Hoe meer het etherisch lichaam vrijkomt, hoe meer
wij ook een directe verbinding met de geestelijke
wereld kunnen gaan ervaren. Alleen dan echter als
we openstaan voor die wereld. Daarbij zullen we
dat ook mogen ervaren hoe onze beschermengel
steeds dichterbij komt, haast voelbaar dichterbij.
Hans Stolp