Proloog van Johannes 20191130
De allermooiste Bijbelwoorden: De Proloog van Johannes
Wanneer je de woorden van deze proloog tot je laat doordringen, kun je alleen maar met grote eerbied kijken naar de schepping. Hans geeft deze proloog in eigen woorden weer. Hieruit twee fragmenten. De proloog begint met In den beginne was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God. Dit was in den beginne bij God. (Wat zeggen deze woorden?)
Ze geven de schepping van de kosmos en van de mens weer. Hier staat met andere woorden: Toen, toen de kosmos nog geboren moest worden, was uit het Goddelijke Zijn alleen nog maar de Christusgeest voortgekomen. Deze Geest leefde in het Goddelijke Zijn en de goddelijke scheppingskracht doorstroomde hem. Zo begon het.
Alle werelden, alles wat leeft, heel de kosmos, zijn daarna door de Christusgeest tot leven geroepen. En niets in heel de kosmos, of het werd door de Christusgeest geschapen.
De laatste zin van deze proloog: Niemand heeft ooit God gezien; de eniggeboren Zoon, die aan de boezem des Vaders is, die heeft Hem doen kennen. Met andere woorden: Geen mens heeft ooit het Goddelijke Zijn gezien. Geen mens kan het bevatten, niet met het denken en niet met het begrip van het hart. Alleen de Christusgeest, alleen deze door wie het Goddelijke Zijn heen stroomt, kan de liefde voor het Goddelijke Zijn in ons hart doen ontwaken. Alleen Hij kan ons in liefde met het Goddelijke Zijn verbinden.