“Het lijden en sterven van Jezus Christus”
De laatste week voor het sterven van Jezus Christus
noemen wij de Goede of de Stille Week.
Jezus Christus was kort daarvoor met zijn leerlingen
vanuit Galilea teruggekeerd naar Jeruzalem.
Op zondag, aan het begin van de Stille Week, trok
Jezus Christus op een ezel de stad binnen en werd
toegejuicht door de mensen. Sindsdien wordt deze dag
Palmpasen genoemd omdat de mensen palmtakken van
de bomen namen en die voor de voeten van de ezel
waarop Jezus Christus zat neerlegden.
Op de avond van de donderdag van die week, die wij nu
Witte Donderdag noemen, gebruikte Jezus Christus met
zijn leerlingen de avondmaaltijd: een ritueel dat tegelijk,
zoals dat gebruikelijk was bij de Essenen, een cultisch
ritueel was. Het brood werd gebroken, zoals een dag
later met het lichaam van Jezus Christus zou gebeuren.
Maar door zijn dood kunnen wij de Christusenergieën in
alle gewassen vinden, dus ook in ons brood, ons dagelijks
voedsel: ‘Neemt en eet…’
De maaltijd begon met de voetwassing: een ritueel,
waarmee Jezus Christus zijn leerlingen bedankte voor hun
trouw en hun hulp. Door het verraad van Judas werd Hij
gevangen genomen en langs drie autoriteiten gevoerd:
Kajafas, Herodes en Pilatus.
Zoals bij de geboorte van de koninklijke Jezus drie
koningen op bezoek kwamen, zo moest Jezus Christus
voor zijn dood voor drie hoogwaardigheidsbekleders
verschijnen.
De volgende dag, Goede Vrijdag, werd Hij gekruisigd.
De woorden die Hij sprak zijn zo veelzeggend; onder
andere deze woorden:
Deze woorden zijn gericht tot Maria en Johannes;
daarbij is Maria de belichaming van Sophia, de kracht
die ons astrale lichaam reinigt, zodat het hoger zelf
werkzaam kan worden.
of: verheerlijkt.
Van het zesde tot het negende uur, dat is van twaalf uur
’s middags tot drie uur ’s middags, was het aardedonker.
Aardbevingen waren voelbaar en hoorbaar: heel de
schepping was in oproer, omdat een God ging sterven
aan het kruis. Om drie uur ’s middags stierf Jezus Christus.
Zowel de natuur op aarde, als de wezens in de geestelijke
wereld hielden hun adem in.
Het voorhangsel in de tempel scheurde.
Jezus Christus werd begraven in het rotsgraf van
Jozef van Arimathea.
Op zaterdag – Stille Zaterdag – daalde Hij neer ter helle:
Hij wekte in de astrale wereld de gestorvenen.