leven met natuurwezens

De koe en haar geestelijke taak op aarde

LIEKE SCHWAIGER-DIJKSTRA  EN ROLAND SCHWAIGER

Omdat de dieren in het gedrang komen in deze grote overgangstijd met haar snelle ontwikkelingen en er van alles misgaat, is het van belang op een nieuwe manier aandacht te geven aan de ontwikkeling van dieren, die net zoals wij mensen een (levens)opdracht hier op aarde hebben te vervullen. 

En wat het dier de koe betreft is zij natuurlijk niets meer of minder waard dan elk ander dier, maar door haar zachtmoedige wezen heeft juist zij ons hart gestolen. Hier in Oostenrijk zien wij net zoveel misgaan met koeien als in Nederland. 

Impulsen uit de geestelijke wereld 

Zoals Hans Stolp tijdens zijn lezingen en in zijn boeken vertelt, zijn we op een dieptepunt in de aarde-evolutie aangekomen. Maar ook wordt verteld dat de etherische Christus en zijn wegbereider aartsengel Michaël vanuit de etherische wereld ons mensen helpen en aanzetten om een nieuwe weg te gaan. Een weg vanuit het materiële denken naar een meer geestelijk denken. Want het licht van de etherische Christus werkt vanuit de etherwereld met kracht in op de aarde, de mensen en alle levende wezens. Dit licht geeft elk mens die daarvoor openstaat de impuls, meer met zijn hart te leren kijken dan met zijn hoofd. Deze impulsen zorgen er ook voor dat onze zintuigen, zoals horen, zien en voelen, als het ware opgetild worden naar een hoger trillingsveld, waardoor ze een meer verfijnde afstemming krijgen; een gevoeligheid voor de dingen die achter de hoorbare, zichtbare en voelbare fysieke wereld liggen. We krijgen hierdoor met vallen en opstaan meer inzicht in grotere kosmische processen, omdat we deel van ze uitmaken en ze door ons heen werken.

Een nieuwe taak voor de mens

De snelle ontwikkelingen en de chaos die daaruit om ons heen ontstaat, laten zien dat er langzaam iets aan het verschuiven en veranderen is. Deze verandering vindt niet alleen plaats in onze wereld, maar ook in die van de dieren en de natuurwezens. Alles schuift heel langzaam door naar een volgende trede op de evolutieladder, waarbij de mens die vanuit de aarde gezien op de hoogste trede staat, langzaamaan taken krijgt toebedeeld die voorheen alleen vanuit de geestelijke wereld geregeld werden. Eén van deze taken is dat we met nieuwe ogen leren kijken naar de rijken die onder ons staan; die van de dieren, de planten en de mineralen. De mens krijgt dan ook steeds meer de taak om als beschermengel voor dieren, planten en mineralen – dus ook voor de natuurwezens – te werken.

Leren waarnemen 

We kunnen daar op een heel eenvoudige wijze mee beginnen door als we in de natuur zijn, ons bewustzijn open te stellen voor het werk van ontelbare wezens, groot en klein, die enorme arbeid verrichten en zonder welke wij niet zouden kunnen leven en bestaan. Want als je buiten loopt en je zet je hart open voor de natuur, voor de natuurwezens en voor de dieren, dan komt er met een beetje oefening (oefening vooral in het loslaten van onze dagelijkse beslommeringen) nieuw bewustzijn en inzicht over onszelf en over de natuur naar ons toe. Het is een manier van zuiver waarnemen waarvan de grote ingewijde Goethe (1749 – 1832), die niet alleen een dichter was, maar ook een groot liefhebber van de natuur en zelfs op natuurwetenschappelijk gebied studeerde, het volgende schreef:

De waarneming, die niet vertroebeld is door de wensen en begeerten van de ziel, die niet verduisterd is door het intellect, door het dogma. De waarneming die als een reine spiegel datgene in de ziel naar binnen draagt wat buiten in de natuur leeft. Bij een dergelijke zuivere waarneming kan in de ziel van de waarnemer het innerlijk licht van de intuïtie opgaan.

Tijdens een wandeling over een almgebied bij ons in de buurt leerden we een grote verscheidenheid aan energieën op de verschillende bergweiden waarnemen. Het enige wat wij deden was in rust kijken en voelen; een kijken en voelen waar ons hele hart bij betrokken was. Wij zagen hoe één van de boeren bezig was zijn koeien te verweiden. Ze liepen alle acht met duidelijke voorvreugde op het verse gras, precies wetende waarheen te gaan, achter elkaar aan. Behalve eentje, die dartelde heen en weer en duwde tegen de andere koeien aan om de aandacht op te eisen, maar ze kreeg geen enkele reactie. Het was alsof ze er niet bij hoorde en ook niet werd geaccepteerd. Zij was de enige koe zonder hoorns die duidelijk zichtbaar geen contact had met de anderen die wel hoorns hadden. In de wei gekomen, werd het na een korte uitbundigheid tussen de dames weer rustig en waren ze allen weldra tevreden aan het grazen. Behalve de koe zonder hoorns. Zichtbaar niet op haar gemak liep zij steeds achter de boer aan die nog bezig was de hekken te controleren en ook tegen hem begon ze met haar neus te duwen om aandacht te vragen. De andere koeien namen absoluut geen notitie meer van de boer en waren geheel verdiept in hun dagelijkse bezigheid. Een duidelijk verschil in zelfbewustzijn en gevoel van zekerheid en veiligheid binnen de groep. Wij zagen en voelden een enorm verschil tussen de koe zonder hoorns en de andere koeien die wel hoorns hadden.

Kosmische antennes

Hoorns zijn voor de koeien als kosmische antennes waardoor ze verbonden zijn met elkaar, maar tegelijkertijd ook met hun groepsziel. Want zoals wij mensen onze persoonlijke beschermengel hebben, hebben dieren een engel die de groepsziel van hun diersoort beschermt en bestuurt.

De hoorns van koeien zitten barstensvol kosmische krachten. Hierdoor zijn zij in staat als een soort transformator, bezielende krachten naar moeder aarde door te stromen. Deze bezielende krachten stromen uit de door engelen bestuurde groepsziel via de koe de aarde in. Met haar grote lijf drukt zij een enorme aardse kracht uit, waardoor een gevoel van rust en vrede om haar heen duidelijk is waar te nemen. En als je in haar ogen kijkt straalt je rust en tevredenheid tegemoet. Als zij aan het herkauwen is en ze met haar gehele lijf breed op de aarde ligt, lijkt het net of ze in trance is. Met haar naar binnen gerichte blik stuurt ze vanuit haar hele wezen kosmische energieën door naar de aarde.

Als wij dieper kijken zien we dat wat de koeien met hun hele wezen als taak op aarde beschouwen, eigenlijk ook ónze taak is. Namelijk dat wij leren de kosmische kracht met behulp van de etherische Christus door ons heen te laten stromen de aarde in, en we op die manier meehelpen om moeder aarde te vergeestelijken.

In één van de stallen op de alm waar de koeien gemolken worden en de nacht doorbrengen, keken we door de open deur naar binnen. Alle koeien lagen naast elkaar te herkauwen. Het was er doodstil op wat malende geluidjes na. De ogen groot en glanzend met de blik naar binnen gericht, geheel opgaande in hun werk. De rust en aardekracht waren een overweldigende ervaring die we nooit meer zullen vergeten.

Rudolf Steiner vertelt over de koe als vertegenwoordigster van alle herkauwers het volgende.

“Daartoe aangezet door de engel van de groepsziel, heeft de koe de innerlijke drang om haar aardse ‘dier-zijn’ zo volledig mogelijk in kosmische vorm tot uitdrukking te brengen. Zij doet dat door kosmische-geest-substantie door haar lichaam heen te transformeren en door te geven aan de aardesubstantie. Zij is een dier dat zich volledig inzet om moeder aarde voortdurend te verlevendigen. Want zonder deze steeds weer vernieuwende geestelijke substantie zou de aarde verharden en verdrogen. En in de aarde onder de grazende kudde koeien staat het aardevolk van de elementairen.”

Dit zijn de gnomen/kabouters die in het etherische veld van de aarde leven en deze kosmische energie nodig hebben, net als wij mensen het zonlicht. Zij helpen deze verkregen kosmische energie te verspreiden, diep de aarde in. Als je dit weet ga je ook beter begrijpen dat een geestelijke wereldbeschouwing zoals het Hindoeïsme, de koe als een heilig dier vereert. Want zij is, zoals Rudolf Steiner beschrijft, het dier dat meehelpt de aarde meer te vergeestelijken door geestelijke energie via de hoorns en haar hele lijf naar de aarde te brengen. Dit is haar diepste drijfveer en tevens haar levensopdracht. Om te verduidelijken dat alles een groter verband heeft in het kosmische plan, het volgende even terzijde.

Er zijn ook dieren die in de tegenovergestelde richting werken en vergeestelijkte aardesubstantie terug naar de kosmos brengen. Deze taak ligt in de wereld van de vogels met als indrukwekkende vertegenwoordiger de adelaar. De vogels zorgen ervoor dat geestelijke aardesubstantie via de lucht-elementairen, de elfen/sylfen, naar de kosmos teruggebracht kan worden. Zo wordt een verbinding gelegd tussen hemel en aarde. Bij het sterven van de vogel brengt zij deze vergeestelijkte aardesubstantie in de hemel. Het is daarom ook begrijpelijk dat bij een sterk natuurverbonden volk zoals de indianen, de adelaar als een heilig dier beschouwd wordt.

De koe die de kosmische energie door haar hoorns uit de kosmos opneemt, helpt dus bij het bezielen, het verlevendigen van het weiland waar ze op graast.

Na enige tijd was het ons mogelijk om een groot verschil te voelen tussen die delen op de alm waar koeien grazen mét hoorns en díe stukken almgebied waar koeien grazen zónder hoorns. De weilanden die alleen door machines gemaaid worden, waar zelfs nooit een koe op graast, voelden voor ons levenloos en onbezield aan.

De kosmische energie gebruikt de koe niet alleen voor het verlevendigen van de aardematerie, maar ook voor alle processen door haar hele lijf heen. Zowel bij het ontstaan van de melk als bij het eindproduct, de mest.

Van melk van koeien die volgens de biologisch-dynamische landbouwmethode (ontwikkeld door Rudolf Steiner) worden gehouden, is bekend dat het goed te verdragen is, soms zelfs voor mensen die eigenlijk een melkallergie hebben. Maar niet alleen de melk, ook de mest is vol levenskracht. Wordt deze mest in een mesthoop op het land gebracht om in een hoek voor één of meerdere jaren te rusten, dan krijgen alle elementairen en een schaar van kleine krabbeldieren de tijd om er met hun krachten doorheen te werken. Bij de biologisch-dynamische landbouwmethode worden er ook nog speciaal hiervoor ontwikkelde kruidenpreparaten door de mest heen gewerkt. Op die manier wordt de mesthoop omgevormd tot een enorme bundel levenskracht. Probeer je maar eens voor te stellen (imaginatie) hoe deze kosmische krachten in de mest als een vonkenregen over het weiland uitgestrooid worden en de aarde bezielende krachten geven én hoe de natuurwezens juichend en vol vreugde deze stroom van zaligheid ontvangen.

Daarbij is het ook van belang te weten dat elk koeienras van oorsprong behoort tot een eigen gebied. De bouw van hun lichaam en ook de verteringsorganen zijn ontwikkeld door de langdurige samenwerking met de daar aanwezige natuurwezens. Door die nauwe samenwerking zijn beide partijen, zowel de dieren als de natuurwezens, ware specialisten geworden. De bouw van het lichaam en ook de verteringsorganen zijn helemaal op een bepaald soort gras en de structuur van de bodem in een bepaald gebied, gespecialiseerd. Het is door een lang proces van samenwerking tussen de koe en de natuurwezens dat ze beide een harmonisch, gelukkig en gezond leven kunnen leiden.

Tot slot 

Uit eigen ervaring weten wij hoe pijnlijk het is om misstanden te moeten aanzien, zonder te kunnen ingrijpen. Dan stijgt er vaak een gevoel van machteloze woede op over zoveel onrecht en dierenleed en moeten we ons keer op keer dwars door deze gevoelens van boosheid en onmacht heen worstelen, omdat we weten dat dat niet helpt. De barricaden opgaan en acties ondernemen (wat je eigenlijk wel vaak zou willen), daar zijn de dieren en de natuurwezens niet mee geholpen. Zij vragen nu juist van ons de strijd niet aan te gaan, maar vragen om liefde en warme aandacht voor hun geestelijke werk. Ze vragen om erkenning van wie zij nu werkelijk zijn en ook van de opdracht die zij op aarde willen vervullen. 

En lukt het je om met heel je hart je aandacht te richten op het ware wezen van de koe (dat geldt natuurlijk ook voor alle andere dieren), dan ga je diep vanbinnen aanvoelen en weten wat het grote belang is van haar aanwezigheid op aarde. Dit inzicht en begrip zijn als een onzichtbare steen die in het water valt en grote kringen om zich heen verspreidt en andere mensen weer raakt met de inzichten die hierbij zijn ontstaan. Dan worden vanuit de geest nieuwe mogelijkheden en nieuwe initiatieven geboren en werken we gezamenlijk aan een verandering ten goede.

Bron

  • Rudolf Steiner, Der Mensch als Zusammenklang des schaffenden, bildenden, und gestaltenden Weltenwortes

Meer informatie 

  • www.orbslr.net